Artikelen

Van slachtpartijen tot lichaamscorrecties in kasteel De Binckhorst

Volgens het lofdicht op het landleven rond Kasteel de Binckhorst, genaamd “Het lof des gelucsalighen ende gherustmoedighen Land-Levens aen Jonck-heer Jacob Snouckaert”, waren de meisjes er “Bruyn van lijf maer gesont, van kleding slecht maer aardich, van sede bot maer vry, van leden grof maer vaerdigh”.
Heden ten dagen neemt De Binckhorst daar niet langer genoegen mee. Wat ooit een lusthof was voor de Vlaamse ridder Willem Snouckaert die in het geheel geen problemen had met het uiterlijk – “grof maar vaerdigh” – van de naburige boerendeernes, is nu een instituut ter verbetering van uiterlijke imperfecties.

Roemruchte historie

Uiterlijke imperfecties waren ook het gevolg van het strijdtoneel en de executiepraktijken waarvoor het kasteeltje steeds de achtergrond vormde. Zo vonden er gevechten plaats tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten die het kasteel transformeerden in een rokende ruïne, en werden tegenstanders van Prins Maurits schuin tegenover De Binckhorst gemarteld op het rad of vonden er hun einde aan de Haagse stadsgalg.
Al in 1308 staat er in het veen aan de trekvliet een minikasteel compleet met slotgracht, wallen en een heuse ophaalbrug. De bewoner, ridder Sijmon van Benthem, had slechts de beschikking over een groot woonvertrek of sael, een bovenverdieping en een toren. Maar ook daarvóór zou er volgens oude geschriften reeds een zekere ridder Evert van den Binckhorst op deze plek hebben gewoond.

Binckhorst op deze plek hebben gewoond.

Thans is De Binckhorst een privékliniek voor plastische chirurgie die vanaf de trekvliet geheel aan het oog onttrokken wordt door bebouwing welke het beperkte grondgebied omsluit. Dat is ooit anders geweest. Zo kon bewoner Dirk van Zwieten een vierde van het huidige Den Haag tot zijn grondgebied rekenen. Dirk had zowaar het recht “den Dennewegh, streckende van den Haghe-houte zutwairt op tot an die Binckhorst [...] te gebruycken tot zynre nutscip [...] en te besluiten met eenen draeyboome of meer”. Behalve met landerijen was het kasteel rondom omgeven door een fraaie formele baroktuin met in vorm gesnoeide bomen.

Restauratie en nieuwe functie

Het huidige kasteeltje dateert uit de zeventiende eeuw. De kruisvensters zijn in de achttiende eeuw vervangen en in de negentiende eeuw nogmaals door empire-ramen. De roedeverdeling uit de achttiende eeuw is echter teruggebracht en het prachtige toegangshek uit dezelfde tijd, gerestaureerd. Ook de tuin rond het kasteel zal deels in ere worden hersteld.
“Vaerdigh maar van leden grof?” Tegenwoordig kunt u naar het kasteel om daar juist iets aan te laten doen in plaats van er in de pan gehakt te worden.